Geloof in een organisatie maakt dat ze groeit

Frans De Weer, ex-chirurg, stond 42 jaar geleden aan de wieg van de netwerkorganisatie die Artsen Zonder Vakantie vandaag is.

Onze erevoorzitter weet als geen ander dat onze expert-vrijwilligers onmisbaar zijn voor het werk op het terrein. Hij is zich er ook van bewust dat ze een belangrijke rol spelen in de promotie van onze organisatie op het thuisfront. Want hoe meer mensen Artsen Zonder Vakantie kennen en steunen, hoe meer wij kunnen inzetten op gezondheidszorg voor iedereen in Afrika. Hieronder vertelt Frans hoe hij zijn decennialange engagement heeft opgenomen en dat nog steeds doet.

Definitie

Ik vind het belangrijk om eerst uit te leggen wie of wat een ambassadeur juist is. Een ambassadeur is een vertegenwoordiger die een organisatie – in mijn geval Artsen Zonder Vakantie – promoot, omdat hij er positieve ervaringen (op het terrein) mee had/heeft. Dit maakt van expert-vrijwilligers ideale vertegenwoordigers om bij derden een positieve houding ten opzichte van onze organisatie te creëren. Omdat het verhaal van Artsen Zonder Vakantie met mij begon en ik er zo in geloof, denk ik zeker een geschikte ambassadeur te zijn (lacht).

‘Credo Crescendo’ is mijn leuze: Je geloof in een organisatie, maakt dat ze groeit. We zijn actief in Afrika, waar het geboortecijfer alleen nog maar stijgt, wat maakt dat de nood aan een goede gezondheidszorg in dat continent alleen maar toeneemt. Onze inzet om ziekenhuizen te doen groeien, is dus op haar plaats. Ja, Artsen Zonder Vakantie is ambitieus.

Waar ambassadeurschap toe leiden kan

Eind jaren ’80 werd ik als oud-leerling uitgenodigd in het Sint Barbaracollege te Gent, waar ze vroegen om te spreken over mijn beroep als chirurg. Natuurlijk greep ik deze kans aan om te vertellen over mijn belevenissen in Belgische én Afrikaanse ziekenhuizen. Koning Boudewijn was die dag als eregenodigde ook aanwezig en heeft aan zijn omgeving verteld over ‘die mannen die tijdens hun vakantie gaan opereren’. Een paar jaar later ontving ik van Koningin Fabiola – erevoorzitster van de Koning Boudewijn Stichting – ons eerste budget. Vanaf toen begon Artsen Zonder Vakantie te werken met vast personeel; onze eerste coördinator, een verpleger, werd aangenomen. Je ziet dus; je weet nooit waar één lezing toe kan leiden…

Verhalen en cijfers meegeven

Telkens wanneer ik Artsen Zonder Vakantie voorstel, vind ik het van essentieel belang om drie zaken te incorporeren in mijn verhaal.

Eerst en vooral vertel ik persoonlijke verhalen, die grijpen mensen aan en zorgen ervoor dat ze zichzelf hierin herkennen.
Daarenboven leg ik concrete resultaten voor
. Dat maakt dat het publiek ziet dat wat Artsen Zonder Vakantie doet, effectief impact heeft op patiënten hun leven.
Tot slot pas ik mijn verhaal altijd aan, aan het doelpubliek. Ga ik bijvoorbeeld spreken voor Belgische vrouwen van een bepaalde leeftijd, raak ik het topic borstkanker aan omdat dit overeenstemt met hun eigen gezondheidsrisico’s. Dan geef ik globale cijfers mee aangaande dit gezondheidsrisico en vergelijk ik de noden van Afrikaanse patiënten met de noden van Europese patiënten. Ik heb al gemerkt dat deze aanpak op het meeste respons kan rekenen.

Een impactvol verhaal dat ik vaak vertel, is het volgende:

Kinderen die geopereerd worden omdat ze polio of klompvoetjes hebben, dienen achteraf kinesitherapie te volgen. Dat is onontbeerlijk voor hun herstel. Zonder kiné, is een operatie nutteloos, wat maakt dat we eigenlijk meer kinesisten nodig hebben dan chirurgen. Om het hoofd te bieden aan deze uitdaging, organiseerden we niet enkel vormingen voor zorgprofessionals, maar ook voor moeders. Dit deden we buiten, in de tuin, op verschillende tafels, waar moeders verschillende oefeningen leerden om hun kind dat door polio getroffen was te mobiliseren. Dit had hartverwarmende reacties van de patiëntjes als: ‘Ma maman, c’est mon docteur!’, tot gevolg.

Een voorbeeld van concrete cijfers die zendingen van Artsen Zonder Vakantie teweegbrachten, mag natuurlijk niet ontbreken:


Toen Artsen Zonder Vakantie in het ziekenhuis van Monvu op het eiland Idjwi in het Kivumeer (DR Congo) begon te werken, bedroeg de perinatale sterfte – mortaliteit tijdens en onmiddellijk na de bevalling en de geboorte van het kind – 8 %. Na een aantal zendingen, daalde dit cijfer naar 2%. Bij aanvang vonden er 750 bevallingen per jaar plaats, en naar het einde toe was dit cijfer verdubbeld. Dit wil zeggen dat omwonenden meer en meer vertrouwen kregen in het ziekenhuis én dat er veel minder kinderen gestorven zijn dan dat normaal het geval was. Bestaat er een beter bewijs voor de kwaliteit van onze zendingen?

Liefde vraagt niet, liefde geeft

Ik heb nog nooit om geld gevraagd wanneer ik ga spreken over Artsen Zonder Vakantie. Wanneer ik voor de Rotary, Lions Club,.. een lezing geef over Afrika, vraag ik aan diegene die mij uitnodigt, om hiernaar goed te luisteren: “Als de boodschap dat patiënten in Afrika recht hebben op toegankelijke en kwalitatief hoogwaardige zorg en dat zij dat momenteel nog niet (voldoende) verkrijgen, duidelijk overkomt, dan zal er sowieso wel actie volgen om hieraan iets te doen.” Deze manier van werken heeft er, tot nu toe, voor gezorgd dat er vaak al een cheque klaarligt op voorhand. Alle mensen die ons op deze, of op een andere manier gesteund hebben, wil ik bij deze ook graag bedanken. Zonder jullie stond Artsen Zonder Vakantie niet waar het vandaag staat.

Als u aangegrepen bent door het verhaal en levenswerk van Frans De Weer, kunt u een donatie aan Artsen Zonder Vakantie doen door hier te klikken.

Help onze Afrikaanse collega’s om noodzakelijke medische zorg toegankelijk te maken.