Lou Van Coninckxloo werd in 1952 geboren in Katanga, DR Congo. Zowel haar ouders als grootouders werkten daar. Ze woonde er tot haar vijfde, tot haar vader ziek werd. De band met het land zorgde ervoor dat ze sindsdien op zoek ging naar een manier om de Congolezen te steunen.
Eerste loon schenken
Ze heeft nog enkele vage herinneringen aan haar jaren in Congo maar vooral de terugreis tijdens de drie weken durende bootreis naar Antwerpen bleef bij: “Mijn vader lag doodziek van malaria in een kajuit beneden. De uiteinden van zijn armen en benen waren verkleurd. Nadien is hij nog zes maanden in behandeling geweest in het Tropisch Instituut.” Haar familiale geschiedenis is zodanig verweven met Congo dat ze ook iets wilde doen. “Ik wilde zelfs mijn eerste loon schenken aan kinderen in Congo. Dat was in januari 1972. Ik was achttien en wilde die achtduizend frank, wat toen een aanzienlijk bedrag was, aan hen schenken. Maar mijn ouders waren bezorgd dat het geld niet op juiste plaats zou terechtkomen dus deed ik het niet.”
Betrouwbare organisatie
Het was pas in de jaren ’80 dat ze een poster zag van Artsen Zonder Vakantie in het kabinet van oogarts Dr. Vanherck in Mechelen waarop een oproep stond om brillen in te zamelen. Ze vroeg oude brillen aan familie en had meteen een hele hoop bij elkaar.
Een aantal jaren later ontmoette ik de oprichter Dr. Frans De Weer. We raakten aan de praat en hij vertelde voluit over zijn ervaringen. Ik bewonderde de organisatie en besliste om ze voortaan financieel te steunen. Eindelijk had ik een betrouwbare manier gevonden om mijn geld in te zetten. Ik heb er het volste vertrouwen in dat de centjes die ik geef in goede, zorgende handen terechtkomen.
In testament
Ondertussen steunt Lou Artsen Zonder Vakantie al bijna veertig jaar. “Ik voel me nog altijd erg verbonden met het Congolese volk en respecteer de Afrikaanse eigenheid, de cultuur en de wijsheid. Daarnaast vind ik gezondheidszorg ontzettend belangrijk. Het is mooi hoe ze via Belgische en Afrikaanse experten de lokale ziekenhuizen via opleidingen met raad en daad bijstaan. Hoe ze betere apparatuur voor de operatiezalen voorzien en hoe ze voor eenvoudige dingen, zoals betere elektriciteit zorgen. Ik ben nu 68 jaar, heb een klein pensioen, maar ik heb alles wat ik nodig heb. Momenteel onderzoek ik hoe ik Artsen Zonder Vakantie kan opnemen in mijn testament. Zo kan ik blijven helpen, ook als ik er niet meer ben.”