Enorme evolutie
Eddy Nierynck: “Wanneer ik terugblik op de bijna 10 jaar dat ik het programma van Artsen Zonder Vakantie opvolg, zie ik een sterke evolutie binnen de ngo. Artsen Zonder Vakantie evolueerde van een hoofdzakelijk dienstverlenende medische organisatie naar een ngo die op een breed niveau capaciteitsversterking van de lokale partnerziekenhuizen beoogt. Een mooie en noodzakelijke evolutie die ook helemaal tegemoet komt aan de regelgeving en directieven van de administratie. Ik was zeer verheugd dat ik die nieuwe aanpak samen met ex-collega Martinus Desmet kon opvolgen. Martinus werkte in die periode ook op de ambassade in Kinshasa (DR Congo) en heeft ruime ervaring en technische kennis op het vlak van internationale gezondheidszorg en ontwikkelingssamenwerking.”
Van dienstverlening naar capaciteitsversterking
“Artsen Zonder Vakantie bestaat ondertussen 40 jaar. Dit betekent dat er heel wat vrijwilligers bij betrokken zijn die ooit begonnen vanuit die zuiver dienstverlenende aanpak. Een evolutie naar een capaciteitsversterkende werking op zowel medisch, technisch als organisatorisch en institutioneel vlak was voor DGD echter noodzakelijk. In het kader van de subsidiebeoordeling zou het niet geapprecieerd worden om enkel verder te gaan op het oude elan van dienstverlenende zendingen vanuit het Noorden. Lokale capaciteitsversterking is voor DGD op het niveau van ontwikkelingssamenwerking essentieel. Gelukkig zit Artsen Zonder Vakantie hier op dezelfde lijn.
Toch beseften we ook dat voor de grote en trouwe achterban, deze overslag van dienstverlenend naar allround capaciteitsversterkend niet overnacht kon gebeuren. Nu enkele jaren verder is het mooi om te zien hoe de integrale capaciteitswerking zich steeds meer verankerd en hoe jullie lokale partners – de Afrikaanse hospitalen – de capaciteitsversterkende trajecten verwelkomen, waarbij vertrokken wordt vanuit hun noden zowel medisch, technisch als organisatorisch.”
Gemeenschappelijke doelen
“Het was voor mij een mooi moment toen ik in 2016 zag dat Memisa en Artsen Zonder Vakantie een gemeenschappelijk vijfjaren-programma 2017-2021 indienden. Dat was voor ons binnen DGD een voorbeeld omdat het programma zich niet beperkt tot een samenwerking tussen verschillende organisaties met elk een eigen outcome, maar wel met een gemeenschappelijk doel.
Nu verwelkomen we opnieuw een gemeenschappelijk programma waarin Artsen Zonder Vakantie, Memisa en Keten van Hoop elk hun eigen specificiteit, expertise en capaciteit inzetten, benutten en samen brengen. Maar daar kan en mag ik momenteel niks over zeggen omdat het nog onderwerp van beoordeling is.”
“Ik ben iemand die achter de hervorming van de ’niet-gouvernementele ontwikkelingssamenwerking staat en ik ben erg te vinden voor de toegevoegde waarde van de gemeenschappelijke strategische kaders. Er zijn ondertussen heel wat stappen vooruit gezet. Ook wij werken nu nog nauwer samen met de partnerlanden. Wanneer jullie bijvoorbeeld een subsidiedossier indienen voor DR Congo, dan gaan wij heel nauw samenwerken en afstemmen met onze collega’s op de Congolese ambassade om tot een juiste en correcte beoordeling te komen. Ook deed ik zelf al zo’n 33 zendingen naar actoren op het terrein en in het kader van de financiële controles ging ik jaarlijks op de kantoren van de ngo’s in België langs, ook bij Artsen Zonder Vakantie in Mechelen. Naast de beoordeling samen met de financieel controleur vind ik het heel belangrijk om even apart te zitten om het ook puur over de inhoudelijke zaken te hebben en over de resultaten en de vooruitgang op het terrein.”
Nauwere samenwerkingen
Zo’n samenwerkingen tussen ngo’s is iets wat permanent op mijn radar staat: ‘Hoe werkt het? Wat zijn de mogelijkheden? Wat zijn de eventuele bottlenecks?’ Ngo’s worden niet door iedereen beschouwd als het mooiste kind van ontwikkelingssamenwerking, om het nog zacht uit te drukken. Hun werk is een druppel op een hete plaat, wordt vaak gezegd. Maar dat is niet de realiteit die ik op het terrein zie. Daar zie ik wel degelijk een werkelijk verschil. Een van mijn wensen voor ik op pensioen ga, is om het geheel en niet de som van de delen te zien. Dus nog nauwere samenwerkingen waarbij de gemeenschappelijke resultaten heel duidelijk zijn. Het is mooi dat dit tussen Artsen Zonder Vakantie en Memisa al gebeurt maar ik zou dat dus nog groter willen zien. Liefst met alle actoren op het veld. Dat is mijn droom.”
Tekst: Veerle Symoens